In 1992 vluchten 250.000 etnisch Georgiërs uit de Georgische deelrepubliek Abchazië. Vele stierven tijdens de vlucht. Ze zochten vooral onderdak in Tbilisi, de hoofdstad van Georgië. Vele hotels, waarin tijdens de Sowjetperiode Russische toeristen en partijbonzen logeerden, stonden na de Georgische onafhankelijkheid leeg en verloederde snel. In één van die hotels vond de familie Gobejishili, die in de documentaire gevolgd wordt, onderdak. Het ‘Het Gulden Vlies’ hotel aan het meer van Tblisi. De familie bestaat uit: Rima (31), haar man Murmani (33) en zijn oude moeder (inmiddels overleden), Babushka (59, Rima’s moeder), Nodari (39, de neef van Babushka), Badri (35, de broer van Rima) en Maiko (10, dochter van Rima en Murmani). Ze zijn gevlucht uit Soechoemi, de hoofdstad van Abchazië. Rima was verpleegster en haar man boer. Ze woonden in een prachtig huis aan de Zwarte Zee kust. In een heerlijk klimaat. Kortom een goed leven. In het vluchtelingenhotel in Tbilisi daarentegen moeten ze het doen met een klein kamertje. En in de winter is het erg koud, het lekt tijdens de vele regens. De meeste mensen in het hotel komen uit hun straat in Soechoemi. In 1999 begon de maker te familie te volgen. In 2004 en 2013 keert hij terug. Hij zal dat in 2018 voor de laatste keer doen.
In de documentaire: In 1999 bezoekt de maker samen met Lydia Hoogstraaten en Hans Visser van de Pauluskerk de familie Gobejishvili in het zwaar verloederde hotel. Ze hebben bijna niks, een beetje geld om meel te kopen, brood te bakken. De mannen, Murmani, Nodari en Badri zijn illegaal een stukje grond voor het hotel gaan bebouwen. Tomaten, groente, later koeien. Alle vluchtelingen in het hotel krijgen wat geld van de Rotterdamse Pauluskerk voor aanschaf van lakens, olie. Louter om te overleven. De meeste mensen in het hotel kennen elkaar, komen uit dezelfde straat in Soechoemi. Dochter Maiko gaat elke dag naar school in Tbilisi, ze wil later ‘engels’ studeren. Omdat Maiko één van de weinige kinderen is in het hotel, wordt ze opgevoed door veel van haar vroegere buren uit Soechoemi. Veel vluchtelingen zijn nog getraumatiseerd door de etnische zuivering in hun vroegere geboortestad. De toenmalige president Shevardnadze doet weinig voor de vluchtelingen, ondanks zijn beloften.
Het is 2004. Maiko heeft haar droom, engels studeren, laten varen. Ze wil geld verdienen, een baan zoeken, maar dat lukt maar moeilijk. Ze zit veel thuis. Babushka heeft het stukje grond stiekem uitgebreid, ze er nu woont met Nodari. Murmani probeert wat geld te verdienen met zijn koeien. Er is meer groente, kippen en aardappelen die de mannen proberen te verhandelen. Wijn wordt geproduceerd voor eigen gebruik. Ze klagen dat de regering Saakasvjili niets voor hun doet. Hij heeft wel een groot paleis voor zichzelf en zijn Nederlandse vrouw Sandra neergezet.
In 2013 is Maiko getrouwd met Zura en heeft inmiddels 2 zoontjes: Giorgi (7), David (6). Maiko woont nu in een flatje in Tbilisi, ze werken allebei. Rima let ’s middags op de kinderen en de moeder van Murmani logeert ook regelmatig bij haar klein-kleinkinderen. Rima en Murmani leven momenteel van het inkomen van Maiko en Zura, en het stukje grond. In het hotel zijn in de loop der jaren veel kinderen geboren, overal hoor je ze spelen en ruzie maken. Veel kinderen van de oorspronkelijke vluchtelingen trouwen met met elkaar en blijven in het hotel wonen. Er zijn verkiezingen, de familie hoopt dat de corrupte president Saakasjvili afgezet wordt. De hele familie juicht bij de televisie als zijn opponent, Giorgi Margelasjvili, wint. Het geeft hoop voor de toekomst. Maar sinds de inval van het Russische leger in Georgië in 2008, zit de schrik er weer goed in. De hele familie eet elke dag in het huisje voor het hotel van Babushka. Met volop eigen geproduceerde wijn.
Dit jaar zal de maker weer de familie bezoeken. Maiko heeft een dochter erbij en de moeder van Murmani is inmiddels overleden. Babushka wordt erg oud, het zal met haar ook niet lang duren. Hoe moet het dan met de zwak begaafde Nodari? Er wordt in het hotel veel gedronken, veel ruzies en vechtpartijen zijn aan de orde van de dag. Iedereen is ouder geworden, het is Rima, Murmani en Babushka aan te zien.
Het is een film over vluchtelingen, die ondanks hun heimwee naar hun vroegere omgeving, een nieuw leven proberen op te zetten. Ze blijven bij elkaar, in het hotel. De meeste kinderen trouwen met elkaar in het hotel, enkele ‘vliegen uit’. Er is weinig veranderd in die 24 jaar dat ze ‘hun’ Abchazië hebben verlaten. Het hotel ziet er nog precies zo uit, ook dezelfde buren uit die vroegere straat in Soechoemi. Alleen zijn ze zelf veel ouder geworden. Een illusie armer, namelijk een goed bestaan in Tbilisi opbouwen. Ze hebben hun hoop gevestigd op hun kinderen en klein kinderen. Zoals Maiko?